{settings.product}

Kamerlid wil al in 2030 kleine modulaire kernreactoren

april 2022 -

De ontwikkeling van de kleine modulaire kernreactor ofwel de SMR gaat zo snel, dat die de aandacht trok van kamerlid Henri Bontenbal (CDA). Hij verdiepte zich erin en kwam tot de slotsom, dat we de komst van deze reactoren moeten bevorderen. Hij stelde daartoe een actieplan op, dat hij de regering aanbood. Dat actieplan staat op de website van het CDA.

Thans zijn wereldwijd ruim zeventig SMRs in ontwikkeling. Met name in Canada, Engeland, Frankrijk en de VS. Voor een aantal van deze machines, die een vermogen hebben, dat ligt tussen 50 en 500 MWe, loopt een vergunningsaanvrage voor de bouw. De verwachting is, dat de eerste SMRs rond 2028 in bedrijf gaan. Kenmerkend voor de SMRs is, dat ze in hoge mate passief veilig zijn en dat ze of in hun geheel uit een fabriek komen, of in enkele grote modulen, die op de vestigingsplaats eenvoudig zijn te koppelen. Door deze aanpak is het mogelijk om de voor kernreactoren vereiste hoge kwaliteit eenvoudiger te garanderen, dan voor de grote eenheden, die een vermogen hebben tussen 1000 en 1600 MWe. De bouw van grote aantallen SMRs leidt bovendien tot relatief lage prijzen. Sommige SMRs, die in ontwikkeling zijn, zijn heel geschikt voor de plaatsing op grote industrieterreinen, zoals Maasvlakte, Moerdijk of Chemelot bij de gemeente Geleen. Als Nederlandse instellingen tijdig zouden aansluiten bij deze ontwikkeling en zich goed zouden voorbereiden, dan zou de plaatsing van de eerste SMR in ons land in 2030 mogelijk zijn.

Het actieplan bevat een vijftal aanbevelingen aan het kabinet:

  1. Zet actief in op Europese samenwerking op het gebied van SMRs, die onder andere is gericht op kennisontwikkeling. Zoek aansluiting bij kansrijke ontwikkelingen in andere landen en bekijk de mogelijkheden voor samenwerking met die landen;
  2. Investeer in nucleaire kennis, technologie en innovatie. We beschikken in Nederland over unieke kennis en infrastructuur, die we moeten benutten. Voor het langer openhouden van de kerncentrale in Borssele en het realiseren van toekomstige SMRs is het belangrijk om deze kennis uit te breiden door nieuwe mensen op te leiden;
  3. Neem kernenergie als volwaardige sector op in het Topsectorenbeleid en geef haar een plek in de Topsector Energie. Zet bovendien een Kennis- en Innovatie Agenda (KIA) Nucleaire Technologie en Straling op;
  4. Onderzoek welke voordelen SMRs bij elk van de vijf industrieclusters kunnen hebben voor de lokale productie van elektriciteit, warmte en waterstof, alsook voor het vermijden van netinvesteringen. Onderzoek op welke schaal en tegen welke prijs waterstofproductie door SMRs bij industrieclusters kan plaatsvinden;
  5. Start zowel met het identificeren van knelpunten in wet- en regelgeving, die een introductie van SMRs bemoeilijken, als met het in kaart brengen van aanpassingen, die nodig zijn om vergunningen te verlenen voor de plaatsing van SMRs. Onderzoek in hoeverre er specifieke wet- en regelgeving nodig is voor SMRs, zodat de vestiging van SMRs in de toekomst ook buiten de huidige drie aangewezen locaties voor kerncentrales is toegestaan.

In aanvulling hierop, wijst kamerlid Bontenbal er op, dat Nederland op het gebied van SMRs niet voorop loopt. Binnen de Europese Unie zijn een aantal landen betrokken bij de ontwikkeling en de voorbereiding van de bouw van dergelijke kleine reactoren. Polen heeft daartoe overeenkomsten met Amerikaanse bedrijven afgesloten voor bijvoorbeeld de NuScale-reactor. Tsjechië voor de BWRX-300-reactor en de Engelse Rolls-Royce-SMR. Frankrijk ontwikkelt zijn eigen SMR, de NUWARD-reactor. Vanwege deze en andere plannen zou het een goede zaak zijn om op EU-niveau typecertificaten voor kleine kernreactoren te ontwikkelen en in te voeren.

Meer informatie:
https://www.cda.nl/actueel/nieuws/cda-kabinet-moet-aan-de-slag-met-kleine-modulaire-kernreactoren-in-strijd-tegen-fossiele-brandstoffen

Terug naar het nieuwsoverzicht