Nieuwsberichten van KernVisie
Laat hieronder uw e-mailadres achter om zo onze wekelijkse digitale nieuwsberichten in uw mailbox te ontvangen. Wilt u de nieuwsberichten niet langer ontvangen, dan kunt u zich onderaan elk nieuwsbericht afmelden
De Duitse regering nam in 2002 het besluit om op termijn de energievoorziening geheel te baseren op duurzame energiebronnen. Die omschakeling heet in het Duits: “Die Energiewende” en het is het meest ambitieuze energietransitieprogramma ter wereld. Dat besluit hield in de kerncentrales en later ook de kolen- en gascentrales te sluiten. In 2002 voorzag kernenergie in 20% van de Duitse elektriciteitsproductie en er waren negentien eenheden in bedrijf. De laatste kerncentrale sloot in het voorjaar van 2023. Het stilleggen van alle kerncentrales heeft de Duitse overheid veel geld gekost.
De Noorse professor Jan Emblemsvåg, die is verbonden aan de universiteit NTNU ˚), heeft in een uitgebreide studie de kosten van de uitstap uit de kernenergie berekend. Deze studie is onlangs gepubliceerd in het “International Journal of Sustainable Energy”. De uitkomst is, dat de kosten in totaal bijna € 700 miljard bedragen. In de studie zijn niet alleen de sluitingskosten berekend, maar is ook een schatting gemaakt van wat de financiële opbrengst zou zijn geweest, als de kerncentrales in bedrijf zouden zijn gebleven. Daartoe zijn gegevens gebruikt van kerncentrales buiten Duitsland. Die totale opbrengst komt uit op € 500 miljard. Op grond van de beide becijferingen is de conclusie, dat de sluiting van de Duitse kerncentrales ongeveer € 600 miljard heeft gekost.
In 2022 was dankzij de grootschalige inziet van biomassa, zonne- en windenergie de Duitse CO2-emissie met 25% gedaald ten opzichte van 2002. In plaats van de kerncentrales te sluiten had de Duitse regering er ook voor kunnen kiezen om de financiële middelen, die ze aan de stimulering van de duurzame energiebronnen uitgaf, te investeren in nieuwe kerncentrales. In dat geval zou de nationale CO2-emissie niet met 25%, maar met ongeveer 75% zijn afgenomen en zou Duitsland zijn duurzaamheidsdoelstellingen hebben gehaald.
Een aantal kostenbestanddelen zijn in de berekening van de sluitingskosten niet meegenomen. Dat zijn onder andere:
1. De kosten van de netverzwaring, die niet nodig zou zijn geweest als de kerncentrales open zouden zijn gebleven;
2. De van overheidswege verstrekte subsidies aan elektriciteitsproductiebedrijven om hun centrales beschikbaar te houden voor donkere en windluwe perioden;
3. De kosten vanwege afgegeven prijsgaranties voor de duurzame energiebronnen, omdat door overproductie de elektriciteitsprijs op de markt laag of zelfs negatief kan zijn;
4. De amoveringskosten van oude windturbines en de kosten van de behandeling van het afval. Met name van oude rotorbladen.
Tegenstanders van “Die Energiewende” wijzen er op, dat de Duitse regering vasthoudt aan het beleid op het gebied van de energietransitie. Op de begroting staat daarvoor een bedrag van € 100 miljard. Het gevolg is, dat er een gat in de begroting zit van € 10 miljard. Daarenboven zijn benodigde uitgaven voor de instandhouding en vernieuwing van de wegen- en spoorweginfrastructuur, alsook voor de modernisering van het leger van in totaal € 50 miljard niet gedekt. Zorgelijk is ook, dat de Duitse maakindustrie vanwege de hoge en nog steeds stijgende energiekosten niet meer kan concurreren met de buitenlandse branchegenoten.
Meer informatie:
https://www.tandfonline.com/doi/full/10.1080/14786451.2024.2355642#abstract
https://eike-klima-energie.eu/2024/09/06/die-energiewende-zerruettet-die-staatsfinanzen/
˚) NTNU: Norges Teknisk-Naturvitenskapelige Universitet (Norwegian University of Science and Technology in Trondheim, Gjøvik en Ålesund)