Recensie:

Onlangs verscheen bij uitgeverij Springer het boek: Thorium Energy for the World; proceedings of the ThEC13 conference. De lijvige uitgave (ruim 440 pagina’s) bevat zo’n beetje alles over wat in 2013 de stand van zaken was op het gebied van thorium-energietechnologieën. Onder de aanwezigen uit dertig landen waren onder meer aanwezig: Carlo Rubbia, Nobelprijswinnaar natuurkunde en Hans Blix, voormalig DG van de IAEA. De proceedings worden gezien als een referentiebron voor het gebruik van thorium voor de productie van energie. Het boek verschaft een gedetailleerd en technische overzicht van de status van thoriumtechnologie van R&D tot industriële ontwikkeling.

In de afgelopen 60 jaar is er een enorme hoeveelheid ervaring opgedaan met de bouw en het bedrijven van kerncentrales die uranium als splijtstof gebruiken. Volgens Blix moeten we al deze ervaring en kennis gebruiken om op zoek te gaan naar alternatieven voor huidige technologieën. Hij wijst erop dat het ongeluk bij Fukushima heeft geleid tot overhaaste beslissingen zoals de uitfasering van kernenergie in Duitsland. Volgens hem is er wel degelijk ruimte voor lange termijn ontwikkeling en financiering van innovatie in de nucleaire technologie. Met mondiale thoriumreserves die drie tot vier keer hoger zijn dan die van uranium, ligt het voor de hand de pijlen op de ontwikkeling van thoriumtechnologie te richten. In zijn voorwoord wijst de voormalige bondspresident van Zwitserland Paul Couchepin naar de gevolgen van de Duitse ‘Ausstieg’ met de toegenomen uitstoot van CO2 door de overstap naar steen- en bruinkool, ondanks de tientallen miljarden euro’s die Duitsland in wind- en zonne-energie heeft gestoken en nog gaat steken. Met de afwijzing van kernenergie worden ook nucleaire technieken overboord gegooid die juist een heel goede bijdrage aan het milieu zouden kunnen geven. Couchepin: “Thorium, in het bijzonder, is een veelbelovende nucleaire splijtstof. Het heeft niet de nadelen van conventionele nucleaire technologie die is gebaseerd op verrijkt uranium. Daarbij kan in een sub-kritisch systeem een ongeremde nucleaire kettingreactie niet voorkomen.” We kennen inmiddels de voordelen van thorium, voornamelijk op papier, dat wel. Couchepin erkent dat en stelt dat de techniek veel onderzoek nodig heeft, maar de kansen op succes zijn volgens hem groot. Tijdens de Thorium Energy Conference (ThEC13) kwamen experts van over de hele wereld bijeen om te praten over de overstap van de uraniumsplijtstofcyclus naar een thoriumcyclus. Met thorium als splijtstof is het mogelijk de wereld veilig van energie te voorzien, zonder dat er sprake is van CO2-emissie en waarbij ook nog eens beduidend minder kernafval wordt geproduceerd dan nu met uranium het geval is. In het boek wordt onder meer ingegaan op de internationale R&D-programma’s op het gebied van thoriumtechnologie, innovatieve reactorconcepten, de thoriumsplijtstofcyclus en transmutatie. In de conclusie roept ThEC (international Thorium Energy Committee) president dr. Jean-Pierre Revol op tot intensieve wereldwijde samenwerking. Hij ziet de verschijning van Thorium Energy for the World als een manier om aan die samenwerking bij te dragen. “Het doel van ThEC is om de internationale samenwerking bij de ontwikkeling van thoriumtechnologie te promoten om te kunnen voorzien in veilige, schone en ruim voor handen zijnde energie voor alle mensen.”