Titel: |
Waarom we niet bang hoeven te zijn voor kernenergie – De emoties en de feiten |
Auteurs: |
Marco Visscher |
Recensent: |
Menno Jelgersma |
Uitgever: |
Nieuw Amsterdam |
Aantal blz: |
288 |
EAN: |
Paperback: 9789046828663 E-book: 9789046828670 |
Prijs: |
Paperback: € 22,99 E-book: € 7,99 |
Bestellen via: |
|
Verschenen in: |
KernVisie nr 4, oktober 2022 |
Recensie:
Een nieuw boek over kernenergie. Na jaren van boekrecensies over dit onderwerp roept dat toch even de vraag op: is er nog iets nieuws te vertellen over kernenergie? De techniek is al in vele boeken op vele manieren uitgelegd, al dan niet met de intentie om de lezer te overtuigen van de voordelen. Maar Marco Visscher heeft een compleet andere, verfrissende aanpak. Hij beschrijft het effect van een nieuwe technologie op de maatschappij. Beeldvorming, de twijfelachtige rol van de media, de zwijgende industrie en de invloed van zelfbenoemde experts komen allemaal aan bod. Het maakt ‘Waarom we niet bang hoeven te zijn voor kernenergie’ een onderhoudend en leerzaam boek.
Visscher laat in zijn boek zien dat ‘de bom’ al vanaf het begin de discussie over een energievoorziening vergiftigt. Atoms for Peace leidde dan wel tot een bloei van kerncentrales, het werd overschaduwd door de woekering van kernwapens. Het idee dat bij velen leeft is dan ook dat een kerncentrale een soort verpakte bom is, die bij een ongeluk op eenzelfde wijze kan ontploffen. Dat kan dus niet en Visscher laat dan ook zien dat het aantal slachtoffers van nucleaire incidenten in het niet valt bij de duizenden doden zoals bij bijvoorbeeld Bhopal in India. Daar resulteerde een gaslek in een insecticidenfabriek van Union Carbide tot zo’n vierduizend doden. Toch volgde er geen mondiale insecticiden-Ausstieg. Er zijn meer voorbeelden te bedenken. Toen de Banqiao-dam in China het in 1975 begaf lieten naar schatting 175.000 mensen het leven. Wederom niet gevolgd door een waterkracht-Ausstieg.
Hang naar sensatie
Er is dus iets anders aan de hand. “Waar ontkenners van de veiligheid van vaccins kunnen rekenen op brede afkeuring … kan een ongefundeerde overdrijving van de gevolgen van Tsjernobyl opvallend vaak rekenen op waardering”. Met een hang naar sensatie lijkt het of mensen gevoeliger zijn voor al dan niet ingebeelde rampscenario’s. In de roman Bij de duivel te gast van Günther Schwab uit 1958 schetst de voormalig Nazi en SA-man een duivelsgenootschap dat de Opperduivel bijpraat over een poging de mensheid uit te roeien met ‘atoomgif’. Het boek werd door Trouw in 1975 aangeprezen als een ‘standaardwerk op het gebied van milieubescherming’. Verzinsels en mythes in films als The China Syndrome en in de Netflix-serie Chernobyl worden volgens Visscher snel in het collectief bewustzijn opgenomen. “Ze gaan er alleen niet makkelijk uit.” Hij laat zien hoe de aandacht (vaak doelbewust) wordt verplaatst van anti-bom naar anti-kernenergie en er een hardnekkige tweedeling ontstaat tussen voor- en tegenstanders. “Beide kampen deden alsof zij kennis hadden en de ander ideologie.” Er ontstaat een kloof tussen de wetenschappelijke wereld en de literaire intellectuelen die steeds meer invloed op de politiek kregen. De technologische vooruitgang getuigde van een ‘gewelddadige houding ten opzichte van het werk van God’, aldus de econoom E.F. Schumacher die twijfelde aan het nut van economische groei. Greta Thunberg is niet zozeer tegen kernenergie, maar heeft vooral kritiek op de huidige manier van leven. “Energie, de motor van alle materiële voorspoed, kreeg een kwalijke klank. En een kerncentrale – die bron van onmetelijk veel energie – paste op geen enkele manier bij een samenleving die zocht naar eenvoud.”
Bij de duivel te gast
Visscher schenkt ook aandacht aan de Nederlandse situatie. Hij beschrijft de invloed van Jannie Möller, onderwijzeres en ‘de moeder van de antikernenergiebeweging’. Ook zij leest Bij de duivel te gast en komt in contact met Wim Turkenburg. In 1972 komen ze tot de conclusie dat kernenergie te veel vragen oproept en dat daarom een forse uitbreiding van ‘fossiel gestookte centrale capaciteit’ beter is want dat zal ‘het nationaal welzijn zeer ten goede komen’. Terugkijkend niet alleen een onjuiste maar ook een gevaarlijke denkwijze. Wat Visscher naar voren brengt is dan ook de voorzichtige vraag of we de huidige problemen mede te danken hebben aan de milieubeweging die fossiel omarmt om de onberekenbare wind- en zonne-energie te ondersteunen. Wind en zon vóór alles. Door al het schakelen vanwege de grillige energieproductie van wind en zon wordt de energievoorziening duurder. “Zijn zonnepanelen en windmolens een goedkope manier om energie duur te maken, dan is een kerncentrale een dure manier op energie goedkoop te maken.” Waarom moeten wind en zon prioriteit krijgen? Wat is ons doel? Moeten we de klimaatverandering stoppen of de maximale uitrol van hernieuwbare energie realiseren?
ALARA
Tegenstanders van kernenergie cultiveren doodsangst. De angst leidt ertoe dat kernenergie wordt afgewezen zelfs als het de oplossing biedt voor het grotere probleem van klimaatverandering. Visscher legt een deel van de schuld ook bij de industrie zelf en dan met name bij de informatievoorziening. Journalisten gaan vaak op de loop met de feitelijke informatie die ze krijgen. “Het leidt tot een merkwaardige cyclus: eerste zaaien journalisten paniek, daarna maken ze van de paniek zelf nieuws.” Het NOS-journaal had tijdens de eerste dagen na de tsunami bij Fukushima Tim van der Hagen (destijds directeur van het Reactor Instituut Delft) uitgenodigd. Wim Turkenburg vertelde op het NOS-journaal dat hij de samenvatting van Van der Hagen te geruststellend vond. ‘Langs andere kanalen kwamen heel andere berichten.’ Dit paste precies in het straatje van de NOS-redacteuren en zo zat de volgende dag Wim Turkenburg weer in de studio. Visscher doet niet alsof de bom op Hiroshima of het ongeluk bij Tsjernobyl geen rampen waren. Hij schroomt niet te beschrijven wat acute stralingsziekte met een mens doet. Maar met betrekking tot straling gaat hij ook uitgebreid in op de totstandkoming en gevolgen van ALARA (as low as reasonably achievable), de standaard voor stralingsbescherming en plaatst er zijn kanttekeningen bij. Een industrie die ALARA omarmt wekt de indruk dat er altijd iets mis is en schiet zichzelf daarbij in de voet. Ook laat hij zien dat het LNT-model (linear no-threshold), dat berust op het idee dat er geen veilige ondergrens is, leidt tot bizarre rekenkunde. Het leidt ook tot een handel in angst waar de nucleaire industrie op deze manier zelf aan bijdraagt.
Golf van innovatie
Na tientallen jaren van stilstand trekt nu een golf van innovatie door de nucleaire industrie. Visscher heeft hier enkele praktische adviezen paraat. Thorium is een van de vele opties, maar om technische discussies te voorkomen is een remedie voorhanden: bouw kerncentrales die zich hebben bewezen. Berg het kleine beetje afval niet al te ver op. Het kan toekomstige generaties van pas komen. Kernenergie komt niet ‘te laat’ zoals vaak wordt aangevoerd. Het kwam te vroeg. Als er nu iemand zou komen met een techniek die op een veilige manier ontzettend veel energie kan produceren, zonder luchtvervuiling, zonder uitstoot van CO2, met slechts een klein beetje afval, dat goed gescheiden blijft van de natuur… Dan zouden we daar toch onmiddellijk mee aan de slag gaan? Waarom we niet bang hoeven te zijn voor kernenergie leest als een trein. Het is als opiniërend boek met uitgebreide bronnenvermelding uniek in zijn aanpak door niet blind voor een kant van de discussie te kiezen, maar geeft een goed idee hoe een baanbrekende technologie misschien wel te vroeg werd ontdekt en we nu pas echt kunnen beseffen wat de waarde ervan is.
Marco Visscher is auteur van De Energietransitie: Naar een fossielvrije toekomst, maar hoe? en coauteur van Ecomodernisme: Het nieuwe denken over groen en groei.